Manon: Ik ben vanaf de oprichting van de MLI betrokken geweest, op afstand, en heb vaak gedacht: als er nog één ding is wat ik hier graag wil doen, dan is het invulling geven aan de rol van academic director van de MLI. Het zijn van een innovatieve onderzoeker van leren, of onderzoekende innovator, zo je wilt, kleurt mijn professionele identiteit. Deze groep professionals staat dicht bij mij. Ik houd van het gedoe rond leren en ontwikkelen. Ik kon als kind nooit goed meekomen op school. Ik had plezier in leren en ontwikkelen, maar ik was te speels en kwam niet goed mee in het schoolsysteem. Toch is daar ergens mijn fascinatie geboren, hoe leren en ontwikkelen te ‘laten werken‘. Frank: “Ik was niet goed genoeg voor de HBS, dus ik ging naar het LBO. Daar heb ik me verveeld. Ik zag dat het leren anders kon, die fascinatie deel ik met Manon.”
De waarde van de MLI
De MLI is van begin af aan gestoeld op het idee dat leren anders kan, en dat wordt gewaardeerd. Frank: ”Het MLI-team krijgt het voor elkaar om een master te realiseren die elk jaar als topopleiding wordt gewaardeerd. Alumni vertellen dat ze de principes van de MLI blijven gebruiken in hun werkpraktijk. Blijkbaar zijn we in staat om mensen een ontwikkeling te laten doormaken die lang waarde heeft. Daar ben ik trots op.”
Stokje overnemen
Manon: “Het is niet makkelijk om het stokje over te nemen, juist omdat de MLI al zo lang een topopleiding is. Ik zie mooie uitdagingen: met elkaar blijven leren als systeem, met het team en de studenten. Ervoor zorgen dat iedereen zich gezien en erkend voelt. Met elkaar werken aan de grote maatschappelijke vraagstukken van deze tijd, bijvoorbeeld duurzaamheid. En met elkaar ook het onbekende durven te omarmen en minder vanuit de dichotomie van weten en niet weten te denken. Ik ben bijvoorbeeld geraakt door de manier waarop de Hopi-indianen kijken naar het leren. Zij gaan ervan uit dat alle levende wezens met elkaar verbonden zijn in een groot veld. Leren is voor hen je verbinden en ‘herinneren’; eigenlijk dus gebruik maken van dat veld als bron van wijsheid. Er is zoveel meer dan alleen het conceptuele denken. Ik zou het mooi vinden als we de ‘hele’ persoon meenemen in het leren, en dat dan ook nog met elkaar."
Aangaan
Hanke: “Ik ben trots op onze studenten, hoe ze vanaf dag één in een ontwikkeling stappen als persoon en daar heel veel in tonen. Je kan niet kijken naar leren en innoveren, je stapt erin. Ik vind het bijzonder om te zien hoe de lesdagen in elkaar zitten, hoe mensen elkaar echt ontmoeten. We werken op alle niveaus: voelen, verbeelden, denken en doen. Een van de studenten zei: ik slaap niet meer, ik ga zo aan, ik heb zoveel ideeën. Het gevoel van ik kijk nu helemaal anders naar mijn organisatie. Die beweging wordt hier op gang gebracht.”
Grote verantwoordelijkheid
Manon: “Het is best al lang geleden, maar ik weet nog als de dag van vandaag dat ik op vakantie was in Indonesië. We zaten op een idyllisch plekje in een restaurant, aan de rand van een hek aan een afgrond. Ik keek eroverheen: beneden lag een zee aan plastic. Dat was voor mij een impactvolle transformerende ervaring; ik moest er iets mee, ook voor mezelf. Afvalscheiding is sindsdien een must, ook al gooien ze alles weer bij elkaar. Het zijn hele kleine persoonlijke (leer)ervaringen die diep ingrijpen. Dat kun je niet eenvoudig organiseren voor iedereen. Dit is het kleinste stukje van een hele grote puzzel die gaat over het welzijn van de wereld. Een puzzel die ook gaat over inclusie, veiligheid, klimaat, biodiversiteit…Hoe zorg je voor die beweging?
Wij hebben daarvoor bij de MLI een mooie kans en verantwoordelijkheid; laten we het leren en ontwikkelen zo innoveren dat bijdragen aan dit grotere goed weer een natuurlijk onderdeel wordt van het zijn van een professional.”
Co-creërend leren
Frank sloot zijn tijd bij Aeres af met het boek ‘Cocreëren kun je (stimu)leren; over kennis, leren, cocreatie en leiderschap’, wat hij samen schreef met collega hoogleraar Marjan Vermeulen. In dit boek kun je lezen dat innoveren een ander blik op kennis, leren en ook leiderschap vergt. Frank: “De meeste van onze studenten zijn al bezig geweest met innovatie, niet voor zichzelf, maar juist voor die school of organisatie waar ze in zitten. Ze komen binnen met het idee het kan anders en ik weet hoe. Wij zeggen: mooi, jouw idee, maar het moet wel aanhaken bij wat er in jouw organisatie gebeurt. Wat ze in de master leren, gebruiken ze ook in de innovaties in hun eigen werkpraktijk. Veel onderzoek gaat over: hoe krijg ik mijn collega’s mee?”
Identiteitswerk
Manon schreef samen met een grote onderzoeksgroep het boek Stevig (leren) staan, over professionele identiteit. Manon: “Ik denk dat steeds meer identiteitswerk aan de orde is, en dat raakt de MLI, ook omdat de grote maatschappelijke vraagstukken niet alleen vragen om een toevoeging van kennis. Die vragen om een grondige herpositionering van jezelf in de wereld. Hoe doe je dat voor veel mensen? We hebben een grote beweging nodig om dit alles te realiseren. Identiteitswerk is een heel persoonlijk proces, maar hoe doe je dat op grote schaal? Dat vind ik interessant voor de MLI: hoe organiseer je die ervaring voor een grote groep mensen? Want dat er meer nodig is, is duidelijk.”
Leervragen in de groene transitie
Hanke: “De duurzame transitie vraagt bijvoorbeeld veel van agrarische bedrijven: een verandertraject in gedrag, opvattingen of businessmodel. Daar zitten veel leervragen in. Frank: “Maatschappelijke transities krijg je niet meer voor elkaar op de klassieke manier van leren, dat vergt meer co-creëren. Dat is de focus van de MLI, om daarover na te denken.” Manon: “We hebben alle vormen van leren heel hard nodig om te bereiken wat we willen bereiken. Het is de kunst om op grote schaal heel goed af te wegen welke vorm van leren en welke vorm van organiseren van leren wanneer nodig is.”