Passie voor de agrarische sector: broers en zus kiezen alle drie voor Dronten

Niek: "Ja, dat klopt. Allebei onze ouders komen uit een gezin van agrarisch ondernemers. Ze hebben ook allebei een agrarische studie gevolgd. Uiteindelijk hebben zij het bedrijf van onze vaders kant overgenomen. We zijn thuis dus echt opgegroeid op de boerderij en kregen het vak van jongs af aan mee."
Stan: "Dit begon als alleen een melkveebedrijf, maar is nu al 25 jaar een combinatie van melkvee en akkerbouw."

Hoe zag dat er vroeger uit bij jullie thuis?

Janne: "We hadden altijd al een boerderij, en eigenlijk hielpen we vanaf jongs af aan al mee. Het was vanzelfsprekend om een handje te helpen, en zo rol je er langzaam in."
Stan: "Ja, we waren vaak buiten en waren altijd wel met de agrarische sector bezig. Onze ouders hebben hun passie voor het vak echt op ons overgebracht."

Niek: "Het vult elkaar mooi aan, je kunt bijvoorbeeld de mest van de koeien gebruiken op de akkers, wat ideaal is. Daarnaast biedt de combinatie meer zekerheid omdat je spreiding hebt, zowel qua gewas als inkomsten."
Stan: "Klopt, en door gewasrotatie kun je de grond beter beheren. Maar het moet natuurlijk wel economisch rendabel blijven.

Welke studies doen jullie?

Niek: "Ik doe de Associate degree Agrarisch Ondernemerschap Dier- en Veehouderij, een tweejarige opleiding."
Stan: "Ik volg de vierjarige Bachelor Agrarisch Ondernemerschap Tuinbouw & Akkerbouw."
Janne: "Ik heb ook gekozen voor een vierjarige Bachelor, maar dan de andere variant: Agrarisch Ondernemerschap Dier- en Veehouderij."

Niek: "Na mijn mbo Veehouderij ben ik eerst twee jaar gaan werken. Ik twijfelde altijd of ik verder wilde studeren, maar na een tijdje werken besloot ik het toch te doen. Ik dacht: ‘Nu kan ik nog naar school, dus laat ik die kans pakken’. Ik miste daarnaast ook het werken met akkerbouw, dus in Dronten kan ik die uitdaging wel vinden."
Stan: "Ik heb eerst de havo gedaan en ben daarna Bedrijfskunde gaan studeren in Den Bosch. Maar ik miste toch de agrarische richting en ben geswitcht naar Tuinbouw en Akkerbouw in Dronten."
Janne: "Ik wist altijd al dat ik liever met vee dan op het land werk, dus ik heb na mijn mbo Veehouderij de stap naar het hbo gemaakt en ben naar Dronten gekomen."

Hebben jullie al een idee wat jullie willen doen na het afstuderen? Willen jullie alle drie het familiebedrijf overnemen?

Stan: "Dat is nog niet helemaal duidelijk. Janne en ik willen sowieso eerst ervaring opdoen buiten het familiebedrijf, Nick heeft dat natuurlijk al gedaan na zijn mbo-studie. Het is goed om kennis en contacten op te doen. Misschien als adviseur, of in een andere rol waarin ik mijn kennis kan verbreden."
Janne: "Ik denk ook aan een rol als adviseur, specifiek gericht op voeding of gezondheid van vee. Zo’n functie zou een mooie aanvulling kunnen zijn als ik ooit in het bedrijf stap."
Niek: "Ik weet het ook nog niet. Maar áls ik het bedrijf zou overnemen zou voor mij de focus liggen op praktische efficiëntie. Ik wil ons bedrijf zo organiseren dat we in drukke periodes het werk goed kunnen volhouden, bijvoorbeeld door te investeren in robotisering en mechanisering."

Janne: "Ze zijn trots en vinden het heel leuk, maar het is soms ook wel dubbel, want er blijft natuurlijk werk liggen op het bedrijf als wij alle drie op kamers zitten."
Stan: "We gaan wel elk weekend terug om te helpen, dus dan zijn we er allemaal om bij te springen."

Is het lastig om schoolwerk en het werk op de boerderij te combineren?

Niek: "Het is inderdaad soms lastig, maar het heeft ook voordelen. We leren veel van elkaar, omdat we allemaal met een andere kijk naar het bedrijf kijken. Het geeft ons nieuwe inzichten en dat maakt het ook interessant."
Stan: "Precies. Het bedrijf bekijken vanuit verschillende kanten verrijkt onze kennis en ervaring."

Zien jullie elkaar vaak op school?

Niek: "Eigenlijk niet zo heel vaak! We komen elkaar natuurlijk thuis tegen, maar op school zien we elkaar eerder bij feestjes dan in de klas. We hebben elk onze eigen vrienden en wonen ook in verschillende huizen, dus we zitten elkaar zeker niet op de lip."
Stan: "Het is een prima balans zo – we doen ons eigen ding, maar het is ook wel gezellig om elkaar af en toe tegen te komen."