Bijvangst in de visserij heeft economische en ecologische gevolgen. Vissers mogen ongewenste bijvangst niet teruggooien in zee en moeten het aanbieden bij de visafslag. De kleinere garnalen bijvoorbeeld hebben geen tot weinig commerciële waarde. In de landbouw is verzilting een uitdaging. Het verbouwen van gewassen in gebieden waar verzilting toeneemt, bemoeilijkt de teelt van gewassen. Beide factoren maken het steeds moeilijker om voldoende voedsel te produceren voor een groeiende wereldbevolking.
De afgelopen twee jaar hebben diverse proefopstellingen gestaan in het CirkL Business Lab bij Aeres Hogeschool in Dronten. De onderzoekers deden er onderzoek naar het ontwerpen en optimaliseren van een gesloten aquaponicssysteem. Ze kweekten er Noordzeegarnalen (Crangon crangon) in bakken. Het relatief zoute water in deze bakken was afkomstig van grondwater van praktijk locatie Aeres Farms en aangelengd met een zoutconcentratie. Het water werd vervolgens gezuiverd op een teelt-bed met zouttolerante eetbare groenten. Nieuw-Zeelandse spinazie, ijskruid en oesterblad maakten deel uit van de proeven. Ook onderzochten de onderzoekers het effect van algenreststroom als grondstof voor garnalenvoer.