Noordzeegarnalen en Nieuw Zeelandse spinazie

Noordzeegarnalen combineren met teelt van Nieuw-Zeelandse spinazie is een uitdaging

Date

Afgelopen twee jaar hebben onderzoekers binnen het lectoraat Circulair ondernemen in de Agrifoodsector onderzoek gedaan naar het ontwerpen en optimaliseren van een gesloten aquaponicssysteem. In dit systeem wordt brak water benut voor het kweken van zouttolerante gewassen en ondermaatse garnalen. De eerste resultaten zijn bekend .

Bijvangst in de visserij heeft economische en ecologische gevolgen. Vissers mogen ongewenste bijvangst niet teruggooien in zee en moeten het aanbieden bij de visafslag. De kleinere garnalen bijvoorbeeld hebben geen tot weinig commerciële waarde. In de landbouw is verzilting een uitdaging. Het verbouwen van gewassen in gebieden waar verzilting toeneemt, bemoeilijkt de teelt van gewassen. Beide factoren maken het steeds moeilijker om voldoende voedsel te produceren voor een groeiende wereldbevolking.

De afgelopen twee jaar hebben diverse proefopstellingen gestaan in het CirkL Business Lab bij Aeres Hogeschool in Dronten. De onderzoekers deden er onderzoek naar het ontwerpen en optimaliseren van een gesloten aquaponicssysteem. Ze kweekten er Noordzeegarnalen (Crangon crangon) in bakken. Het relatief zoute water in deze bakken was afkomstig van grondwater van praktijk locatie Aeres Farms en aangelengd met een zoutconcentratie. Het water werd vervolgens gezuiverd op een teelt-bed met zouttolerante eetbare groenten. Nieuw-Zeelandse spinazie, ijskruid en oesterblad maakten deel uit van de proeven. Ook onderzochten de onderzoekers het effect van algenreststroom als grondstof voor garnalenvoer.

"We kwamen er al snel achter dat garnalen echte kannibalen zijn. Dat werd een extra uitdaging."

Eric de Bruin, Lector Circulair ondernemen in de Agrifoodbusiness

Pionieren

Het onderzoek was vooral veel pionieren. "Hoeveel garnalen kun je bijvoorbeeld in een bak kweken. We kwamen er al snel achter dat garnalen echte kannibalen zijn. Dat werd een extra uitdaging; in de eerste proef was het percentage uitval erg hoog. Daarom hebben we zand toegevoegd aan de bakken om het kannibalisme te verminderen", legt Eric de Bruin uit, lector Circulaire economie in de Agrifoodsector.

Een ander aandachtspunt in de proef was de groei van de planten. Deze was niet optimaal omdat verhouding planten/garnalen niet optimaal was. "Het is continu zoeken naar een goede balans voor hoeveelheid zout, garnalen en het effect op de planten", vertelt De Bruin.

Met het project heeft De Bruin geen grote en verrassende resultaten geboekt, wel is hij erg tevreden met de hoeveelheid en variatie in ervaring die hij heeft opgedaan met garnalen en aquaponics. "We ontdekten kansen voor een nieuwe reststroom: de pantsers van de vervelde garnalen. Wij zijn nieuwsgierig of je deze garnalenvellen bijvoorbeeld zou kunnen verwerken in een bio-plastic toepassing", vertelt De Bruin. Na twee jaar onderzoek blijkt dat de Noordzeegarnaal en Nieuw-Zeelandse spinazie specifieke en stabiele parameters voor de waterkwaliteit vereisen. Ook hebben ze verschillende optimale pH-waarden voor groei en vereisen ze verschillende temperaturen voor optimale groei.

"Het is continu zoeken naar een goede balans voor hoeveelheid zout, garnalen en het effect op de planten.’’

Eric de Bruin, Lector Circulair ondernemen in de Agrifoodsector

Eric de bruin

Meer visonderzoek

Tijdens het onderzoek werkte De Bruin nauw samen met diverse bedrijven en instellingen waaronder AlgaSpring en NoordOogst Aquaponics. Dit jaar zou hij graag een vervolg willen geven aan dit onderzoek, mogelijk ook met een partner in Duitsland. Tijdens het project maakte De Bruin kennis met het Alfred Wegener Institute in Duitsland. De Bruin: "SIA zet de komende jaren meer onderzoeksopdrachten gericht op de visserij uit. Met de kennis die we afgelopen twee jaar hebben opgedaan, hopen we op meer van deze nieuwe onderzoeksopdrachten te kunnen inschrijven.

Dit onderzoek is gefinancierd door de Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek (NWO), “Kleine projecten voor NWA‐routes” (NWA.1418.22.004).