Prof. dr. Oene Oenema
Expertise gebied: Oenema studeerde af in bodemkunde en bemestingleer waarna hij promoveerde in de mariene geochemie. Sinds 1995 werkt hij bij Wageningen University & Research, deels als bijzonder hoogleraar nutriëntenmanagement en bodemvruchtbaarheid
Hij is voorzitter van de Commissie Deskundigen Meststoffenwet, die het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit adviseert over het mest- en ammoniakbeleid. Hij heeft ook aanstellingen aan de China Agricultural University in Beijing en China Academy of Sciences in Shijiazhuang.
Bijdrage aan de masterclass: Oenema groeide op, op een melkveebedrijf in Friesland. Tijdens de masterclass Stikstof in de landbouw neemt hij zowel die kennis en ervaring mee als die van zijn genoten opleidingen.
Dr.ir. Joost van den Borne
Lector Healthy Farming aan HAS Green Academy.
Expertise gebied: Van den Borne richt zich op voeding en gezondheid van landbouwhuisdieren en ontwikkeling van toekomstbestendige stalsystemen. Vanuit zijn rol wil hij graag een bijdrage leveren door inzicht te geven in de mogelijkheden om via management op dier- en stalniveau de uitstoot van stikstof te verlagen. Hierbij vindt hij het belangrijk dat we oog hebben voor de kansen op zowel de korte als (middel)lange termijn en dat maatregelen op bedrijfsniveau een integraal karakter moeten hebben om succesvol te zijn, dus niet enkel gericht op reductie van stikstofemissie.
Bijdrage aan de masterclass: Van den Borne vertelt meer over de achtergrond van de benutting van stikstof door landbouwhuisdieren (rundvee, varkens, pluimvee) voor productiedoeleinden. Tevens wordt het handelingsperspectief geschetst voor verlaging van stikstofuitstoot op dierniveau en de bijbehorende randvoorwaarden en aandachtspunten. Een aantal concrete voorbeelden wordt behandeld. Ook worden ontwikkelingen toegelicht die perspectief bieden om stikstofemissie - al dan niet brongericht - op stalniveau te verlagen. Bestaande en geaccepteerde technieken komen hierbij aan de orde, maar ook nieuwe initiatieven worden besproken aan de hand van voorbeelden.
Henk Valk
Valk is in 2002 aan de Faculteit Diergeneeskunde gepromoveerd op het onderwerp stikstof- en fosforhuishouding bij melkkoeien en heeft veel onderzoek gedaan op het gebied van melkveevoeding en milieuproblematiek. Hij is twintig jaar verbonden geweest aan het instituut voor veevoedingsonderzoek (huidige Wageningen Livestock Research), onder meer als senior wetenschappelijk onderzoeker en is nu docent melkveevoeding bij Aeres Hogeschool Dronten en verantwoordelijk voor het melkveevoedingsonderzoek op de praktijkfaciliteiten van de hogeschool.
Valk richt zicht op de grondgebonden veehouderij. Wat kun je bereiken met grasland en voedergewassen? Hoe kunnen graslanden optimaal beheerd en benut worden om waarde te creëren voor ondernemer én maatschappij? Een efficiënt gebruik van stikstof met minimale verliezen is daar onderdeel van.
Bijdrage aan de masterclass: Valk gaat in op wat ondernemers in de praktijk kunnen doen om op grondgebonden bedrijven tot minder stikstofverliezen te komen. En op wat dit betekent in het gehele plaatje van het bedrijf. Er is immers meer dan alleen stikstof. Optimaliseren is niet eenvoudig, maar het kan wel; het vraagt vakmanschap van de ondernemer.
Prof. dr. ir. Wim de Vries
Expertise gebied: Wim de Vries is hoogleraar bij de leerstoelgroep Milieusysteemanalyse van Wageningen University & Research. Hij richt zich op "Integrated nitrogen impact analysis". Zijn onderzoek gaat over de effecten van de input van nutriënten (vooral stikstof, fosfor, calcium, magnesium en kalium) en metalen in landbouw en bossen op lucht-, bodem- en waterkwaliteit, productiviteit en diversiteit van plantensoorten en gerelateerde inputgrenzen/kritische belastingen. Hij heeft een langdurige wetenschappelijke ervaring op het gebied van (i) bodemchemie in relatie tot luchtverontreiniging, bosecologie en bosbeheer (meer dan 35 jaar), en (ii) duurzaamheid van landbouwbeheer in Nederland (meer dan 20 jaar), Europa (meer dan 10 jaar), China en op wereldschaal (meer dan 5 -10 jaar).
Zijn specifieke expertise heeft betrekking op de ontwikkeling en toepassing van bodemmodellen op verschillende regionale schalen, waaronder landschappen, landen en continenten (met name Europa), in combinatie met veld- en laboratoriumonderzoek. Dit heeft betrekking op het gebruik en het lot van koolstof en nutriënten (vooral stikstof en fosfor) in bodem, lucht en water. Hij heeft ook veel ervaring opgedaan met aanverwante onderwerpen, zoals atmosferische chemie en effecten op (diensten van) terrestrische ecosystemen, met speciale aandacht voor bossen met het oog op eutrofiëring en verzuring.